Pagina's

donderdag, juni 03, 2004

'Honden- en kattenbont uit Nederland weren'

DEN HAAG - Honden- en kattenbont kunnen wel degelijk uit Nederland geweerd worden. SP-Tweede-Kamerlid Van Velzen heeft woensdag een plan aangekondigd voor een nationaal importverbod dat volgens haar uitvoerbaar is.
Volgens Van Velzen kan Nederland een voorbeeld nemen aan België, Italië, Denemarken, Engeland en de Verenigde Staten. Een (tijdelijke) meldlijn moet er komen waar consumenten aangifte kunnen doen van verdachte producten. Ook is een gegevensbank nodig met namen van malafide internationale handelaren, naast een laboratorium voor DNA-tests.
Eind vorig jaar drong een Kamermeerderheid in een motie van Van Velzen aan op een importverbod, maar Veerman wilde dat overlaten aan de Europese Commissie. Die hikt op haar beurt aan tegen juridische bezwaren. Veerman vroeg de SP'ster vervolgens een handhavingsplan uit te werken.
"Als Veerman de wens van de Kamer nu nog langer negeert, dan stelt hij zich openlijk verantwoordelijk voor ongekend dierenleed", aldus Van Velzen. Zij prijst vooral het Amerikaanse model dat samen met de bontindustrie is opgesteld. Door de nadruk te leggen op bescherming van de consument tegen misleiding, leunt het verbod sterk op zelfregulering door de industrie.
In China en elders in Azië worden jaarlijks twee miljoen katten en honden gefokt en gedood voor hun vacht. Sinds het Amerikaanse verbod uit november 2000 belandt dit bont voornamelijk in Europa.
In Nederland is zulk nepbont [wàs het maar nepbont], via DNA-onderzoek, opgespoord in jassen, mutsen, speelgoed en kattenspeeltjes. Op etiketten wordt de herkomst verhuld door benamingen als konijn, of Gae-wolf (Gae is Koreaans voor hond).
Volgens Van Velzen is ook de gezondheid in het geding. De bekende poezenfiguurtjes, bedoeld voor kinderen, geven drie tot vijf keer de wettelijke toegestane hoeveelheid chroom af.
(Bron)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten