Zwaarste Amerikaanse luchtaanvallen op Irak sinds 2003

BAGDAD/TEHERAN - De Amerikaanse strijdkrachten zijn donderdag een groot offensief begonnen tegen mogelijke verzetsstrijders die zich zouden ophouden rondom de Iraakse stad Samarra, 100 kilometer ten noorden van de hoofdstad Bagdad. Volgens een verklaring gaat het om de grootste luchtaanval in Irak sinds de invasie van Amerikanen en Britten in maart 2003.
Bij de operatie zijn vijftig vliegtuigen en 1500 Amerikaanse en Iraakse militairen betrokken. Volgens de Amerikaanse krijgsmacht zal de actie, die de codenaam Operation Swarmer draagt, naar verwachting "een aantal dagen" duren. Het hele gebied wordt grondig uitgekamd.
In Samarra maakte een bomaanslag vorige maand een belangrijk sjiitisch heiligdom vrijwel met de grond gelijk. De terreurdaad ontketende in heel Irak een golf van geweld tussen sjiitische en soennitische moslims, die het land op de rand van een burgeroorlog heeft gebracht.
In Bagdad is woensdagavond en donderdag opnieuw een groot aantal lichamen van vermoorde mensen gevonden. In meerdere wijken zijn in totaal 25 stoffelijke overschotten ontdekt, van wie de meesten doorzeefd waren met kogels. Van sommige lijken waren de handen op de rug gebonden.
Eerder deze week werden in Bagdad al zeker tachtig doden aangetroffen. Het gaat waarschijnlijk om slachtoffers van afrekeningen tussen verschillende geloofsgroepen.
Geweld tussen geloofsgroepen in Irak heeft sinds de aanslag op de Gouden Moskee in Samarra gemiddeld dertig mensenlevens per dag geëist. Voor die aanslag werden dagelijks tien mensen slachtoffer van sektarisch geweld. Dat heeft een woordvoerder van het Amerikaanse leger donderdag gezegd.
Het Iraakse parlement kwam donderdag voor het eerst bijeen, meer dan drie maanden na de verkiezingen. De 275 leden van de volksvertegenwoordiging werden ingezworen. Het is het eerste Iraakse parlement met een zittingstermijn van vier jaar sinds de dictator Saddam Hussein werd verdreven.
De bijeenkomst zou aanvankelijk zondag plaatshebben, maar werd op verzoek van belangrijke sjiitische leiders uitgesteld. Ze zijn gepikeerd, omdat Koerden en soennieten niet willen dat de sjiitische premier Al Jaafari op zijn post blijft. Over de vorming van een regering is nog altijd geen overeenkomst bereikt.
Het hoofd van de Iraanse Opperste Raad voor de Nationale Veiligheid, Ali Larijani, heeft donderdag gezegd dat Teheran bereid is met de VS te onderhandelen over Irak. Iran reageert daarmee op een oproep van de Iraakse sjiitische leider Abdul Aziz al-Hakim. Iran heeft tot nu toe gezegd dat het niet met de VS wil praten zolang er nog coalitietroepen in Irak zijn.
"Iran accepteert de vraag van Hakim om de Iraakse problemen en kwesties op te lossen met het doel een onafhankelijke Iraakse regering te vormen", zei Larijani, nadat hij achter gesloten deuren het Iraanse parlement had toegesproken.
De VS hebben Iran ervan beschuldigd de oplopende spanningen in Irak verder aan te wakkeren. Iran zou strijders in Irak voorzien van wapens en hen toestaan de grens te passeren. De VS en Iran onderhouden geen betrekkingen sinds de islamitische revolutie in Iran in 1979.
Mocht Washington gehoor geven aan de oproep van Iran zou het om het eerste directe diplomatieke overleg in 27 jaar gaan. De diplomatieke betrekkingen werden tijdens de bezetting van de Amerikaanse ambassade in Teheran in 1979 verbroken en nimmer hersteld. Het Witte Huis heeft laten weten dat Amerikaanse onderhandelaars bij eventuele gesprekken een "zeer beperkt mandaat" zullen hebben.
(Bron)