Boosheid en verbazing bij patiënten 'marteltandarts'

AMSTERDAM - Verbijsterend, traumatisch en onbegrijpelijk, zo omschreven de patiënten van de 64-jarige Hok Tong K. de praktijken van hun voormalige tandarts woensdag voor de rechtbank in Amsterdam.
Justitie verdenkt de man van wanpraktijken: hij zou de afgelopen jaren de gebitten van zeker tien van zijn klanten hebben geruïneerd.
Tijdens de eerste zittingsdag in de zaak tegen K. kregen zijn vermeende slachtoffers de mogelijkheid gebruik te maken van hun spreekrecht.
K. heeft "gelogen en bedrogen omwille van geldelijk gewin", aldus een van hen. "U heeft met de gezondheid van mij en die van anderen gespeeld. Dat is niet fraai."
Het Openbaar Ministerie beschuldigt K. onder meer van oplichting en het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. Van ten minste een van zijn patiënten moest het hele gebit worden vervangen.
Officier van Justitie Hetty Hoekstra formuleert donderdag of vrijdag de strafeis tegen K.
K. zou onder meer geprobeerd hebben in de mond van een patiënt aangebrachte kunsthars te laten doorgaan voor een kroon.
Ook zou hij bij een patiënt met een slecht gebit met grote risico's meervoudige bruggen hebben geplaatst en zou hij de apparaten waarmee hij werkte niet goed schoon hebben gehouden.
Bovendien hield de tandarts geen patiëntgegevens bij; slechts de rekeningen die hij stuurde waren in de administratie terug te vinden. K.: "Ik ken de gebitten van mijn patiënten vrij goed, als er iets anders was dan zag ik dat zo ook wel."
In maart vorig jaar deed justitie een oproep aan voormalige patiënten om zich te melden met hun klachten. Daarop reageerden volgens het OM honderden mensen. De vermeende wanpraktijken speelden tussen 2003 en 2005.
K. werd al in de jaren negentig meerdere keren bestraft door het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. In 2003 verbood het tuchtcollege de man nog langer te werken als tandarts.
Een jaar later kreeg hij in Rotterdam een straf van drie maanden cel, waarvan twee voorwaardelijk, en een boete van 1000 euro. Ondanks deze straffen pakte K. het werk in zijn praktijk in Amsterdam-Buitenveldert weer op. Inmiddels is zijn zaak failliet verklaard.
(Bron)