Tsjernobylkinderen mogen niet naar Nederland

DEN HAAG - President Aleksandr Loekasjenko van Wit-Rusland blijft weigeren kinderen uit zijn land vakantie te laten vieren in het buitenland.
Daardoor kunnen zeker driehonderd Wit-Russische kinderen niet de kerstdagen in Nederland of in andere landen doorbrengen.
Het verbod geldt al sinds augustus. Loekasjenko is bang dat de kinderen elders asiel aanvragen en daarna niet meer naar hun vaderland terugkeren, zoals recent gebeurde met een kind dat een vakantie doorbracht in Amerika. Ook is hij bang dat de kinderen worden gehersenspoeld met 'ideeën over democratie'.
Pogingen van Nederland om met de regering in Minsk afspraken te maken over de vakanties, leidden onlangs bijna tot een akkoord. Maar Loekasjenko sprak daar op het laatste moment toch zijn veto over uit, tot grote teleurstelling van de gastouders, de Stichting Rusland Kinderhulp en het CDA.
De CDA-Kamerleden Pieter Omtzigt en Maarten Haverkamp hebben minister Maxime Verhagen (Buitenlandse Zaken) opnieuw vragen gesteld over de kwestie. Ze willen dat de minister in Europees verband actie onderneemt.
Ze vinden ook dat de reisbeperkingen ook voor Wit-Russische machtshebbers moeten gelden. Zo zouden Nederland en de EU de machtshebbers en hun familie geen visa meer moeten verstrekken om hier te komen studeren of shoppen.
De Stichting Rusland Kinderhulp vangt al twintig jaar lang in vakanties kinderen op uit de omgeving van Tsjernobyl. In de wijde omgeving van de kerncentrale, waar in 1986 een grote explosie plaatsvond, zijn nog steeds veel kinderen ziek. Dit komt door de radioactieve straling, die zich via neerslag ook op het Wit-Russische platteland heeft verspreid. Jaarlijks bezoeken zo'n 30.000 kinderen uit het getroffen gebied 21 verschillende landen.
Loekasjenko laat kinderen die kanker hebben (gehad), wel naar het buitenland gaan of kinderen die samen met hun ouders reizen. Volgens Omtzigt gaat het dan maar om een klein deel van de 30.000 kinderen uit het Tsjernobylgebied.
(Bron)