Crisiswet moet bouwput Utrecht uit slop halen

UTRECHT - Premier Jan Peter Balkenende noemt de vertragingen bij de bouw van het nieuwe stationsgebied in Utrecht 'waanzin'.
''Het kan echt niet zo zijn dat projecten twee jaar worden opgehouden, zeker niet in tijden van crisis'', zo stelde hij donderdag bij een bliksembezoek aan de bouwput waar het nieuwe Muziekcentrum Vredenburg gaat komen.
De premier bezocht het bouwproject Stationsgebied in het kader van de Crisis- en herstelwet die vrijdag in de ministerraad wordt besproken.
Het wetsvoorstel moet bouwprojecten versnellen door het aantal procedures te verminderen.
Versnelling zou bovendien meer werkgelegenheid moeten opleveren. ''Elke maand die we daarmee kunnen winnen is er één'', aldus Balkenende. In Utrecht zou dit naar schatting duizend tot 1500 extra banen opleveren.
Voor het uitvoeren van de geplande nieuwbouw in het Stationsgebied zijn zeker 4200 besluiten nodig, die allemaal aangevochten kunnen worden. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) wil dit proces inkorten tot één basisbesluit, zo stelde de organisatie woensdag.
Balkenende en voorzitter van de VNG, Annemarie Jorritsma, gaven donderdag aan op één lijn te zitten wat betreft de versnelling van bezwaarprocedures. Gemeenten moeten hierin een belangrijke rol gaan spelen.
Minder procedures betekent volgens de premier niet dat belanghebbenden geen mogelijkheid meer hebben om bezwaar aan te tekenen tegen bouwplannen.
''We moeten het begrip belanghebbenden beter duiden. Sommige mensen procederen om het procederen en dat leidt slechts tot vertraging'', zei hij.
De bouw in Utrecht moet nog dit jaar van start gaan, na zeker tien jaar voorwerk. Het nieuwe Stationsgebied kost in totaal ruim drie miljard euro, waarvan het Rijk en de gemeente Utrecht een kwart voor hun rekening nemen en private partijen de rest.
In totaal staan 58 projecten op de lijst voor versneld uitvoeren.
(Bron)

Balkenende kent de gemeente Utrecht niet. Als ze nu direct beginnen, loopt het ook sowieso 2 jaar uit, minimaal.