Gentherapie kan kleurenblindheid genezen'

AMSTERDAM – Amerikaanse wetenschappers zijn er in geslaagd om mannelijke doodshoofdaapjes te genezen van kleurenblindheid. De behandeling kan mogelijk in de toekomst worden toegepast bij mensen met zichtproblemen.
De onderzoekers van de universiteit van Washington injecteerden een gen in de ogen van de doodshoofdaapjes, dat pigment produceert waarmee het netvlies licht in de kleuren rood en groen kan detecteren.
Na de behandeling waren de dieren inderdaad in staat om die kleuren te onderscheiden bij een computertest. Ze konden bij de test voedsel verdienen door op een knop te drukken als ze groene en rode stipjes ontdekten op een scherm.
De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature.
Mannelijke doodshoofdaapjes worden in tegenstelling tot vrouwtjes altijd kleurenblind geboren. Ze missen van nature het noodzakelijke pigment in hun ogen om rood en groen te onderscheiden.
Na de gentherapie werden de behandelde doodshoofdaapjes twee jaar lang in de gaten gehouden door de wetenschappers, maar de kleurenblindheid keerde niet terug.
De behandeling is ook een doorbraak omdat de dieren al volwassen waren. Tot nu toe werd aangenomen dat gentherapie waarbij zintuigen worden gemanipuleerd alleen zou werken bij jonge dieren met een nog weinig ontwikkeld brein.
De wetenschappers hopen dat gentherapie in de toekomst ook kan worden gebruikt om mensen met aandoeningen aan de ogen te genezen.
“Deze studie biedt een positief uitzicht op het potentieel van gentherapie om zichtproblemen bij volwassen mensen te genezen”, zo verklaart hoofdonderzoeker Jay Neitz op BBC News.
Ook bij mensen hebben mannen overigens vaker last van kleurenblindheid dan vrouwen. Ongeveer 7 procent van alle mannen lijdt aan de aandoening, tegen slechts 1 procent van alle vrouwen.
De vraag is echter of gentherapie niet te veel risico’s met zich meebrengt om onschuldige vormen van kleurenblindheid te behandelen.
De wetenschappers hopen hun behandeling in de toekomst vooral te kunnen gebruiken om ernstigere zichtproblemen te genezen, zoals achromatopsie. Dat is een aandoening waarbij mensen helemaal geen kleuren kunnen onderscheiden.
(Bron)