Houting terug in de Rijn

WAGENINGEN - De houting, een zalmachtige vis, is terug in de Rijn. Een Duits experiment met het herintroduceren van deze vis blijkt een doorslaand succes. De houting plant zich ondertussen weer zelf voort in het Nederlands-Duitse stroomgebied van de Rijn.
Dat bewijst een onderzoek van het Wageningse instituut IMARES, Rijkswaterstaat RIZA en de universiteit van Keulen. De houting verdween in de jaren dertig van de vorige eeuw uit de Rijn door overbevissing, aanleg van stuwen en milieuvervuiling.
De Noordzeehouting is een trekvis, die naar de Rijn zwemt om te paaien. Het beest was eind vorige eeuw bijna uitgestorven. Er kwam alleen nog een populatie voor in het Deense riviertje Vida. Duitse onderzoekers hebben uit deze populatie in 1992 eieren geoogst en die opgekweekt tot jonge houtingen.
Honderdduizenden houtingen zijn uitgezet in de Lippe, een zijriviertje van de Rijn in Duitsland. De jongen zwommen met de stroming mee en kwamen in Nederland in de benedenrivieren, het IJsselmeer en het kustgebied terecht. Elk jaar zijn nieuwe vissen in de Lippe losgelaten.
In 2006 zijn de jonge vissen gemerkt. Een telling in het IJsselmeer wees uit dat maar 4 procent van de jongen daar een merkteken had. Dat is voor de onderzoekers het bewijs dat de houtingen zich op grote schaal zelf voortplanten. Het uitzetten van de vis is daarom stopgezet.
Langs de Rijn is een permanent netwerk van detectiestations aangebracht bij vistrappen en stuwen. Via dat netwerk hebben wetenschappers in 2006 en 2007 het trekgedrag van de vis gevolgd. Gebleken is, stellen zij, dat maar weinig houtingen helemaal doorzwemmen naar het Duitse stroomgebied van de Rijn. Er wordt op grote schaal gepaaid in Nederland.
(Bron)