Aquapunctuur: als je met 6 graden tegen de wind en de motregen in moet
fietsen, halverwege gedwongen afstappen om in de luwte even je gezicht
en je oren te laten ontdooien.
Dan sta je daar, weggedoken in een
wijk met grauwgevlekte huizen, waar in het doffe licht alle hoop
weggesiepeld lijkt. Wie er woont, verhuist hooguit nog naar de overkant,
waar alleen de nieuwste graven een bloemetje hebben en nieuwe kuilen
liggen te wachten. Ook op jou, ooit. Daar gaat het eindigen.
Om de
hoek staat een appelboom in bloei, met een merel die in de regen
uitbundig zingt. En dan denk je terug aan die pulletjes die je net zag
in de Oudegracht. Aan die dikke kastanje, verscholen op een plein, die
zijn vingers uitvouwt.
De andere helft van de route leek ineens veel korter.