Carel en Cecile ontmoetten elkaar op de middelbare school, het VWO. Hij de zoon van een hoge pief bij KLM, zij de dochter van net zo'n hoge pief bij Philips.
Ze gingen samen een medisch-technische studie doen: een afwisselende studie waar je veel kanten mee op kunt, goede perspectieven, uitdagend.
Ze rolden er vlot doorheen, gingen samenwonen, gingen beiden door voor hun promotie in de research-richting - ze werden het Gouden Koppel genoemd.
Na die promoties kregen ze goede banen, ze trouwden, kochten een huis, kregen twee kinderen: Cleo en Caspar. Ze verhuisden naar een groter huis, de kinderen gingen naar de opvang en later naar school, ze hadden een asielkat en een rashond, op het werk ging alles goed, ze stroomden door naar functies als faculteitshoofd en afdelingshoofd, ze kochten een nog ruimer huis op een nog mooiere locatie, de vier tot zes vakanties per jaar gaven regelmatig wat lucht.
Carel was altijd later thuis, maar hij werkte verder weg en had meer mensen onder zich, dus Cecile regelde het avondeten, dat ze later opwarmde voor hem. Hij at het zittend op de bank terwijl hij zijn mails las, 'niet storen'.
Toen Cleo en Caspar respectievelijk 13 en 11 waren, viel Cecile iets op tijdens hun all inclusive-vakantie van oktober.
De lifeguards wierpen nog steeds hunkerende en flirtende blikken, zoals ze gewend was - ze zag er goed uit voor haar leeftijd en ze lachte altijd vriendelijk terug. Alleen waren de blikken nu duidelijk bedoeld voor Cleo.
Die vakantie was niet zo ontspannen. Ze dronk wat teveel, waar Carel over mopperde, terwijl hij dat zelf ook deed, waar zij niets van mocht zeggen, net zo min als over zijn continue smartfoongebruik.
Eenmaal weer thuis zette ze alles op een rijtje. Toen Carel thuiskwam, wachtte ze hem op, met een wijntje, en de mededeling: 'We moeten praten'.
De tekst waar Carel zich al lang op had voorbereid - al sinds die eerste keer met een studente. Probleem was wel dat het nu niet zoals de afgelopen jaren bij vluchtige seks met wisselende dames was gebleven, maar dat hij echt verliefd was geworden. Hoe was Cecile daar achtergekomen?
Cecile vertelde. Ja, ze had haar man, haar gezin, haar baan, haar hobby's, haar vriendinnen. Maar ze voelde zich als een hamster in een tredmolen: ze rende hard, maar ze kwam nergens. Carel probeerde uit alle macht zijn opluchting te verbergen. Ze wist het niet.
Hij vroeg of ze er een tijdje tussenuit wilde, een sabbatical. Rondreizen misschien, mogelijk daarna een andere functie. Hij stelde van alles voor, maar het ging allemaal uitsluitend over haar werk.
Toen ze in tranen schreeuwde dat haar werk wel het minste probleem was, ging hem iets dagen.
=============================================
Geen idee hoe het verder is gegaan.
Heeft Carel zijn relatie met de studente geheim weten te houden voor zijn vrouw en zijn faculteit? En hoe gaat dat verder?
Heeft Cecile zich kunnen ontworstelen aan de tredmolen en weer plezier in het leven weten te vinden?
Hoe gaat het met Cleo en Caspar?