'Prehistorische mens voedde zich met soortgenoten'
AMSTERDAM – Oermensen aten waarschijnlijk af en toe het vlees van hun soortgenoten, vanwege de voedingswaarde. Dat blijkt uit een onderzoek naar de sporen van menselijke tanden op prehistorische botten.
Prehistorische mensen zoals Neanderthalers en de Homo antecessor bereidden waarschijnlijk maaltijden van het vlees van hun soortgenoten. Ze kloven het vlees met hun tanden van de botten van overleden medemensen.
Dat schrijven Spaanse onderzoekers van het Nationaal Museum voor Natuurwetenschappen in Madrid in het wetenschappelijk tijdschrift Journal of Human Evolution.
Volgens de wetenschappers was kannibalisme voor onze voorouders vooral een manier om te overleven. “Stel je voor dat je in die tijd leefde en een lid van je groep zou overlijden”, verklaart hoofdonderzoekster Yolanda Fernandez Jalvo op Discovery News.
“Het lichaam van de overledene kon je een dag vrij geven van het jagen, dat erg gevaarlijk was in die tijd. Ook was het nuttig om het lichaam op te eten, omdat het anders de aandacht zou trekken van roofdieren die de groep konden aanvallen.”
De wetenschappers kwamen tot hun bevindingen door menselijke bijtsporen te bestuderen op prehistorische botten van mensachtigen die zijn opgegraven in Spanje, Groot-Brittannië en Rusland. De afdrukken van de tanden wijzen er op dat de botten zijn afgekloven.
Dit suggereert dat de prehistorische mensen hun best deden om zo veel mogelijk van het vlees van overleden soortgenoten te eten. Ze aten hun medemensen dus vermoedelijk op om zichzelf zo goed mogelijk te voeden en niet naar aanleiding van rituelen, zo concluderen de onderzoekers.
De studie naar bijtsporen van mensen kan volgens de wetenschappers in de toekomst ook nuttig zijn om te achterhalen welke soorten dieren onze voorouders aten.
(Bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten