Wachttijden eerste hulp zijn te lang

AMSTERDAM - Patiënten klagen terecht over de wachttijden bij de spoedeisende hulp van ziekenhuizen. Dat vinden de artsen zelf, meldt de Nederlandse Vereniging van Spoedeisende Hulpartsen (NVSHA) dinsdag in de Volkskrant.
Volgens de vereniging kan het probleem worden aangepakt door huisartsen en spoedeisende hulp vaker samen te voegen.
Door de eerstehulpafdeling en de huisarts bij elkaar te zetten, kunnen mensen direct door de juiste hulpverlener worden geholpen.
Nu moeten mensen die dringend hulp nodig hebben soms eerst naar de huisarts, dan naar het ziekenhuis en vervolgens nog naar een apotheek.
De Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie riep mensen op zich te melden over de dienstverlening van de spoedeisende hulp. Een kwart van de 2500 mensen die daar gehoor aan gaven, vond de hulpverlening te traag.
De NVSHA erkent in de krant dat hulp vaak te lang op zich laat wachten. "Ook ik hoor verhalen dat mensen soms vijf, zes, zeven uur zitten te wachten. Die excessen mogen eigenlijk niet voorkomen", zegt voorzitter Harm van de Pas. Volgens hem zijn er nu tien spoedposten in Nederland waarin spoedeisende hulp en huisartsenposten zijn samengevoegd.
Geld speelt een rol in dat lage aantal. Aan iemand die direct naar de juiste hulpverlener gaat, wordt maar een keer verdiend.
(Bron)

Sommige mensen gaan ook volkomen onterecht naar de eerste hulp - zoals een oud-collega van me die doordeweeks werkte en dus op zaterdag naar de eerste hulp ging als ie iets mankeerde. Dan vind ik het niet gek als je lang moet wachten.