Hij was stoer. Nee - hij was Stoer. Een kantoortype, maar voor deze gelegenheid met stevige werkschoenen, zijn oudste broek, een dikke trui, een soort smidsvest en nieuwe werkhandschoenen. Hij had een Taak. Bladzuigen. Hij had een mooie, fijne, nieuwe bladzuiger. Bij de bouwmarkt had hij er een paar uitgeprobeerd, en degene die het best in de hand lag aangeschaft.
Het was droog. Zijn vrouw had nog gezegd: 'Doe het niet nu, het waait zo', maar hij kon niet langer meer wachten.
Even later stond hij trots in zijn tuin. Toen de zes vierkante meter tegels ontbladerd waren, keek hij eens om zich heen. Toen hij dacht dat niemand het zag, zoog hij stiekem een stukje van de straat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten