Aanslagen New York verijdeld
NEW YORK - De Amerikaanse autoriteiten hebben door een undercoveroperatie radicaalislamitische aanslagen op joodse en militaire doelen in de stad en staat New York weten te voorkomen.
Drie van de vier moslims die worden verdacht van onder meer het plannen van een terreuraanslag op een synagoge in New York, moesten donderdag voor de rechter verschijnen. De vierde zou eerst een medische behandeling ondergaan.
Volgens politiecommissaris Raymond Kelly hebben alle vier verdachten een criminele achtergrond.
Het gaat om drie Amerikanen en een inwoner van Haïti. Ze wilden een 'jihad' (heilige strijd) voeren, maar hadden volgens Kelly kennelijk geen banden met al-Qaeda, het terreurnetwerk van Osama bin Laden.
Om explosieven en wapens te verkrijgen, deden de verdachten zaken met een persoon waarvan zij dachten dat hij wapenhandelaar was. De man werkte echter voor de federale recherche FBI. Hij leverde wapens die waren gemanipuleerd door FBI-technici.
De politie pakte de vier verdachten woensdag op nadat zij nepexplosieven hadden geplaatst bij een joods gebedshuis in de wijk Bronx.
De politie blokkeerde met een grote vrachtauto de weg, waardoor de vier verdachten niet met hun voertuig konden vluchten.
De verdachten wilden verder met luchtdoelraketten militaire vliegtuigen van het vliegveld Stewart in de stad Newburgh (staat New York) neerhalen. Zij kregen daarvoor een niet-functionerend projectiel van de FBI.
De vier moslims worden aangeklaagd wegens samenzwering om massavernietigingswapens te gebruiken en samenzwering om antiluchtdoelraketten te bemachtigen en in te zetten. Zij kunnen hiervoor een levenslange celstraf krijgen.
De FBI deed al een jaar onderzoek naar het viertal. Een van hen had in juni vorig jaar tegen de informant van de FBI gezegd dat zijn ouders in Afghanistan woonden. De terreurverdachte zou boos zijn over de vele moslims die daar door Amerikaanse militairen werden gedood.
Hij vertelde de informant dat hij zich bij een in Pakistan gevestigde militante groep wilde aansluiten. Ook repte hij van zijn plan ''iets'' tegen de Verenigde Staten te willen ondernemen. De man hoopte daardoor een martelaar te worden.
Een Amerikaanse joodse instelling die zich inzet voor de mensenrechten, het Simon Wiesenthal Center, riep alle religieuze leiders in de Verenigde Staten op zich openlijk uit te spreken tegen de geplande wandaad.
Een aanval op welk Amerikaans gebedshuis dan ook is een bedreiging voor alle religieuze groeperingen, aldus een verklaring van het centrum.
De burgemeester van New York, Michael Bloomberg, riep iedereen op waakzaam te blijven ''bij onze inspanningen terrorisme te voorkomen."
(Bron)
Je bent boos vanwege Afghanistan, en dan wil je een aanslag plegen op een synagoge. Logisch.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten