maandag, oktober 31, 2005

Minister Peijs blundert voor commissie

DEN HAAG - Minister Peijs (Verkeer) heeft een pijnlijke fout gemaakt bij de verhoren van een onderzoekscommissie.
Die onderzocht het uit de hand lopen van grote infrastructuurprojecten. Zij verwarde de hogesnelheidslijn met de Betuwelijn. De blunder kwam aan het licht door de problemen met het beveiligingssysteem op de hsl-lijn. Daardoor dreigt tien maanden vertraging te ontstaan.
De Tijdelijke Commissie Infrastructuurprojecten vroeg Peijs 16 september 2004 of er risico's zijn aan de montage van de beveiliging in de snelle treinen. Ze antwoordde dat zij in het geval van problemen zeven miljoen euro had gereserveerd voor een ander veiligheidssysteem. Nu blijkt dat ze in de war was met de Betuwelijn.
Peijs moet zich begin volgende week in een spoeddebat in de Tweede Kamer verantwoorden voor de vertraging bij de hsl-lijn.
(Bron)


Peijs verzweeg vertraging hsl

DEN HAAG - Minister Peijs (Verkeer) hoorde al eind 2003 dat de hsl-treinen nooit op tijd zouden rijden. Maar de minister verzweeg zes waarschuwingen voor de Tweede Kamer. Dat bijkt uit onderzoek van deze krant.
Dat deed Peijs om ?strategische redenen?, zegt het ministerie nu. De vertraging stond namelijk niet vast.
De Kamer hoefde niet te weten dat het voor vervoerder HSA en de Franse spoorwegen wel glashelder was. De 6,7 miljard euro kostende spoorlijn blijft tien maanden leeg, door gebrek aan treinen met de juiste beveiliging.
Opnieuw dreigt vertraging te ontstaan voor de hogesnelheidslijn (hsl). 6,7 miljard euro is er al uitgegeven, maar het nieuwe beveiligingssysteem blijkt een zorgenkindje te zijn. Het inbouwen van de nieuwe techniek in de Franse Thalystreinen is veel later klaar dan 1 april 2007, de openingsdatum van de lijn. Een ramp voor verantwoordelijk minister Peijs (Verkeer).
Dus mengt Maarten van Eeghen, directeur-generaal van het ministerie van Verkeer en Waterstaat zich er in. Hij schrijft op 16 september 2004 aan de baas van de Franse spoorwegen: "Er is sprake van zorgwekkende signalen: de betreffende technologie zou niet tijdig gereed zijn." Al vier dagen later schuift hij, met een NS-directeur, aan in Parijs voor een crisisoverleg.
Minister Peijs zit op de dag van de 'zorgwekkende' brief van haar directeur-generaal in de Tweede Kamer. De Tijdelijke Commissie Infrastructuurprojecten onderzoekt waarom grote infraprojecten financieel uit de hand lopen en veel later opengaan dan gepland. De commissie vraagt Peijs of er nog onzekere factoren of risico's zijn.
Hoewel haar hoogste ambtenaar aan het werk is gezet om opnieuw vertraging te voorkomen, antwoordt de minister 'nee'. Ze voegt er wel aan toe dat het project een technische fase in gaat waar nog 'niemand de dingen van kent'. Dus als er een risico is, dan is dat het veiligheidssysteem.
De commissie ruikt een probleem en wil meer helderheid. De opleveringsdata van de hsl wordt toch niet weer uitgesteld? Peijs stelt ze gerust. "Wij hebben deze ruim genomen."
Vervoerder HSA (NS en KLM) is een stuk minder gerust. Het gesprek in Parijs tussen het ministerie, de Franse vervoerder en NS, de aandeelhouder van HSA, heeft niet het gewenste effect gehad. Op 19 oktober schrijft HSA aan de directeur-generaal: "Naar verwachting is het beveiligingssysteem beschikbaar voor commerciële inzet in het najaar van 2007." Oftewel, een half jaar later dan bedoeld rijden de treinen pas.
De tijd verstrijkt. In januari van dit jaar benadrukt HSA opnieuw dat de Thalys-treinen echt pas oktober 2007 kunnen rijden. Op verzoek van de vervoerder oefent Peijs samen met de Belgische minister van Verkeer druk uit op de Fransen. De Tweede Kamer krijgt in de voortgangsrapportages van het miljardenproject alleen te horen dat tijdige aanpassing van de treinen nodig is. En dat dat is aangekaart bij de Franse minister.
Ook op de letterlijke vraag van de Tweede Kamer of het materieel wel op tijd beschikbaar is, komt geen helder antwoord. Peijs herhaalt het formele antwoord. De Kamer moet daaruit begrijpen dat het overleg met de Franse minister betekent dat er problemen zijn.
Op 17 juni volgt een desperate brief van HSA. "Ondanks aandringen van de minister bij haar Franse collega is het duidelijk dat een oplevering niet meer mogelijk is." De situatie is zo nijpend dat Aad Veenman, de hoogste baas van de NS, met zijn Franse collega in de pen klimt. Zij benadrukken opnieuw de problemen met het beveiligingssysteem.
De bom barst als het Algemeen Dagblad meldt dat er een half jaar lang geen treinen zullen rijden over de hsl. De fracties in de Tweede Kamer reageren verbijsterd. Hoe heeft het zover kunnen komen?
Peijs legt de schuld bij de NS. Die hebben gewoon te laat treinen besteld. Over de diverse waarschuwingen rept ze niet.
(Bron)

Oftewel: dit systeem is al perfect geïntegreerd in het Nederlandse treinensysteem, en Peijs past perfect in het kabinet.

Geen opmerkingen: