Bijzondere archeologische vondsten op tracé Hanzelijn
HATTEMERBROEK - Archeologen hebben op het toekomstige tracé van de Hanzelijn, de nieuwe spoorlijn tussen Lelystad en Zwolle, sporen gevonden die bewijzen dat dit gebied al in de Steentijd werd bewoond. Dit is veel eerder dan tot nu toe werd aangenomen. De bijzondere vondsten leiden niet tot vertraging in de aanleg van de Hanzelijn, meldde ProRail vrijdag.
Bij Hattemerbroek zijn in "uitzonderlijk grote hoeveelheden" onder andere fragmenten vuursteen, aardewerk, verbrand bot en houtskool aangetroffen. Tot op heden werd aangenomen dat in de IJsseldelta pas rond 2000 jaar voor Christus voor het eerst rondtrekkende jagers leefden. Nu blijkt dat al vanaf 10.000 jaar voor Christus jagersstammen op vrij grote schaal het gebied bewoonden.
De bodem in een langgerekt gebied op de grens van het oude land van in totaal 24 hectare wordt nauwkeurig onderzocht. In totaal zijn 25 werkputten gegraven van vier meter breed bij veertig tot 150 meter lang. De vondsten liggen op diepten variërend van vlak onder het maaiveld tot twee meter onder de grond.
Volgens woordvoerder J. Flamman van het archeologisch onderzoeksteam is met name de schaal van de vondsten uniek. "In Nederland zijn verspreid kleinschalige opgravingen uit deze tijd gedaan. Maar hier treffen we sporen aan op tientallen plekken tegelijk. Dit wijst op intensieve bewoning over een langere periode."
Het onderzoeksteam spreekt van tientallen hekwerken, tientallen haardkuilen in verschillende groepen bij elkaar, veel vuurstenen en aardewerk. Van de gevonden verbrande botten is vooralsnog niet bekend of het menselijke of dierlijke resten betreft, dit wordt nader onderzocht, aldus woordvoerder Flamman.
De vondsten worden zorgvuldig in kaart gebracht en daarna voorlopig weer met grond toegedekt zodat boeren hun grond weer kunnen bewerken. Dit najaar wordt met diverse betrokken instanties overlegd of het materiaal definitief wordt opgegraven of dat het blijft zitten.
(Bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten