Minder straatprostitutie in Amsterdam

AMSTERDAM - Het sluiten van de Amsterdamse tippelzone aan de Theemsweg heeft niet geleid tot toename van straatprostitutie elders in de stad. Dat blijkt uit het rapport 'Tippelen na de zone; straatprostitutie en verborgen prostitutie in Amsterdam' van het Bonger Instituut van de Universiteit van Amsterdam, dat de gemeente woensdag bekendmaakte.
Volgens het college van Amsterdam laat het rapport duidelijk zien dat de Theemsweg niet als tippelzone wordt heropend. De tippelzone werd op 15 december 2003 gesloten.
Het rapport sluit aan op eerdere onderzoeken over prostitutie in Amsterdam, onder meer een rapport van de PvdA en het rapport over de Loverboy-problematiek. Naar aanleiding van de rapporten zal de aanpak van de problemen rond de prostitutie in Amsterdam in samenwerking tussen het Openbaar Ministerie, politie, stadsdelen, zorginstellingen en woningcorporaties.
Per dag werken ongeveer vijftig vrouwen als straatprostituee. De meesten van hen zijn drugsverslaafd en zijn bekend bij de zorgverlening. Zij werkten niet eerder aan de Theemsweg. Veel van de prostituees van de Theemsweg zijn uit het oog verloren. Een deel is het land uitgezet, een ander deel is uitgeweken naar tippelzones in andere steden Nederland zoals Utrecht en Den Haag. Ook zijn er enkele vrouwen achter het raam gaan werken.
Na de sluiting waaiden de vrouwen aanvankelijk uit over de stad, maar met politiecontroles werd dit vrij snel bestreden. Alleen de Nederlandse en West-Europese vrouwen worden mondjesmaat aangetroffen in de straatprostitutie, maar de Oost-Europese, Latijns-Amerikaanse en Afrikaanse zijn nauwelijks meer op de Amsterdamse straten te vinden.
Het onderzoek is tussen februari en december 2004 gedaan. Raamprostitutie en andere vormen van legale vormen van prostitutie zijn niet meegenomen in het onderzoek. De Amsterdamse wethouder H. Belliot wilde met het onderzoek vooral zicht krijgen op toegang tot de zorg voor de straatprostituees.
Tijdens het onderzoek zijn aanwijzingen gevonden dat er verborgen prostitutie in Amsterdam-Zuidoost en in mindere mate in Amsterdam-West is. Belliot wil dat deze prostituees zo snel mogelijk gebruik gaan maken van de zorg- en hulpverlening. Ook wil zij dat deze groep nader in kaart wordt gebracht.
De verborgen prostitutie vindt vaak plaats in verkapte bordelen met soms erbarmelijke omstandigheden en in escortservices. Behalve gedwongen prostitutie is ook sprake van vrouwenhandel en minderjarige vrouwen. De gemeente wil vertrouwensvrouwen inzetten om deze ontwikkeling in kaart te brengen en te kijken welke maatregelen nodig zijn.
(Bron)