donderdag, december 18, 2003

Probleem voedselveiligheid overbelicht

ARNHEM - In Nederland overlijden jaarlijks 23 duizend mensen door oorzaken die met voeding te maken hebben, maar de aandacht voor voedselveiligheid wordt overdreven. Minder dan 1 procent van het aantal sterfgevallen is een gevolg van onveilig of vergiftigd voedsel. De rest van de sterfgevallen komt door ongezond, bijvoorbeeld te vet, eten.
Dit stelt de Stuurgroep Technology Assessment, een onafhankelijke adviescommissie van het ministerie van Landbouw, in een advies aan minister Veerman van Landbouw. Volgens de stuurgroep kan de overheid haar aandacht beter richten op ongezond eten dan op voedselveiligheid.
Het aantal doden door ongezond eten is vergelijkbaar met het aantal sterfgevallen door roken (22 duizend per jaar). Maar de aandacht voor ongezond eten is veel minder groot, constateert de stuurgroep. Kanker, hart- en vaatziekten en diabetes type 2 worden voor een belangrijk deel veroorzaakt door ongezond eten.
Na recente voedselcrises (BSE, dioxine, salmonella) heeft de overheid grote nadruk gelegd op het belang van voedselveiligheid. Volgens de stuurgroep dreigt die aandacht door te schieten. Weliswaar is het aantal voedselvergiftigingen in Nederland met ongeveer vier miljoen per jaar groot, maar de gevolgen zijn zelden ernstig.
Jaarlijks sterven honderd mensen door voedselinfecties of voedselvergiftiging. Dat is een fractie van het aantal doden als gevolg van ongezond eten, aldus de stuurgroep.
Volgens stuurgroepvoorzitter Wouter van der Weijden is het verder opvoeren van voedselveiligheidseisen kostbaar en niet zonder risico's. Strenge hygiëne in de voeding en de omgeving kan ertoe leiden dat het immuunsysteem van mensen en dieren onvoldoende wordt geprikkeld, waardoor minder natuurlijke weerstand wordt opgebouwd.
Dat zou weleens een van de oorzaken kunnen zijn voor de explosie van allergieën bij inwoners van rijke landen.
Een grote nadruk op voedselveiligheid werkt nadelig voor kleine ambachtelijke producenten die moeite hebben met de hoge kosten van opgelegde hygiënemaatregelen. Strenge normen maken de productie onmogelijk van ambachtelijke etenswaren als rauwmelkse kazen. Dat gaat ten gunste van fabrieksmatig geproduceerde massaproducten. Daardoor neemt de voedseldiversiteit af.
Sectoren als de intensieve veehouderij sluiten zich af en vervreemden daardoor van hun omgeving. Het stellen van voedselveiligheidseisen werpt bovendien barrières op voor de import uit ontwikkelingslanden. De stuurgroep pleit er om die reden voor de normen niet strenger te maken dan uit oogpunt van volksgezondheid noodzakelijk is.
Volgens de stuurgroep moet de overheid basisnormen vaststellen, maar moet de verantwoordelijkheid voor voedselveiligheid meer bij het bedrijfsleven worden gelegd. Voedselschandalen kunnen bedrijven enorme schade berokkenen. Daarom nemen steeds meer bedrijven adequate maatregelen.
(Bron)

Geen opmerkingen: