Genezen kankerpatiëntje krijgt vaak andere ziekte
AMSTERDAM - Driekwart van kinderen die in hun jeugd genezen zijn van kanker krijgen in hun latere leven gezondheidsproblemen. Een kwart van hen krijgt te maken met vijf verschillende ziektes.
Dat blijkt uit een onderzoek van de epidemiologe Mathilde Claudia Ubbink het Amsterdamse Emma Kinderziekenhuis. Ze promoveert vrijdag op haar werk.
De problemen waar de ex-kankerpatiënten mee te maken krijgen, zijn bijvoorbeeld ernstige hartproblemen, psychische klachten of verminderde vruchtbaarheid. Ook lopen ze verhoogd risico om opnieuw kanker te krijgen.
Vooral kinderen die met radiotherapie zijn behandeld, lopen risico. Van hen heeft 55 procent klachten.
Degenen die geopereerd zijn of een chemokuur hebben gehad, hebben respectievelijk 25 procent en 15 procent kans op nieuwe problemen.
Vooral kinderen die botkanker hebben overleefd, krijgen later andere ziektes. Volgens de onderzoekers gebeurt dat in 64 procent van de gevallen.
Kinderen die een niertumor of leukemie hebben gehad, komen er relatief het beste vanaf. Van deze groepen krijgt later 12 procent problemen.
Promovenda Ubbink pleit ervoor dat artsen de kinderen zeer goed blijven volgen na hun genezing.
Zo kunnen de eventuele ziekten snel worden opgespoord en zo goed mogelijk worden behandeld.
Volgens Ubbink zijn de overlevingskansen voor kinderen met kanker enorm gestegen. Eind jaren zestig van de vorige eeuw bleef ongeveer 30 procent van de kinderen na genezing nog vijf jaar of langer leven.
Tegenwoordig ligt dat percentage bij kinderen tot veertien jaar op 75 procent. Ze verwacht dat de negatieve vervolgeffecten voor de patiënten de komende jaren afnemen, omdat de behandelingen steeds beter van kwaliteit worden.
Zo zijn er veel betere bestralingsmethoden dan vroeger en kan de chemotherapie in lagere doses worden toegediend.
(Bron)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten